Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 222

  • 1

    Ter zake van de in een bepaald gedeelte van de gemeente gelegen onroerende zaak die gebaat is door voorzieningen die tot stand worden of zijn gebracht door of met medewerking van het gemeentebestuur, kan van degenen die van die onroerende zaak het genot hebben krachtens eigendom, bezit of beperkt recht, een baatbelasting worden geheven, waarbij de aan de voorzieningen verbonden lasten geheel of gedeeltelijk worden omgeslagen. Indien de aan de voorzieningen verbonden lasten ter zake van een onroerende zaak krachtens overeenkomst zijn of worden voldaan, of met toepassing van artikel 6.17, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening zijn of behoren te worden voldaan, wordt de baatbelasting ter zake van die onroerende zaak niet geheven.

  • 2

    Voordat met het treffen van voorzieningen wordt aangevangen, wordt door de raad besloten in welke mate de aan die voorzieningen verbonden lasten door middel van een baatbelasting zullen worden verhaald. Een besluit als bedoeld in de eerste volzin bevat een aanduiding van het gebied waarbinnen de gebate onroerende zaak is gelegen.

  • 3

    Of een onroerende zaak is gebaat wordt beoordeeld naar de toestand op een in de belastingverordening te bepalen tijdstip, dat is gelegen uiterlijk een jaar nadat de voorzieningen geheel zijn voltooid.

  • 4

    Tot invoering van de belasting wordt besloten uiterlijk twee jaren nadat de voorzieningen geheel zijn voltooid.

  • 5

    De belasting wordt ineens geheven, met dien verstande dat de belasting op verzoek van de belastingplichtige in de vorm van een jaarlijkse belasting wordt geheven gedurende ten hoogste dertig jaren, een en ander volgens in de verordening vast te stellen regelen.

Informatie geldend op 01-01-2022

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Aanwijzingsbesluit Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken
    bijlage: behorende bij artikel 2, eerste lid, van het Aanwijzingsbesluit Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken (aangewezen categorieën van beperkingenbesluiten)

  2. Invoeringswet van de wet materiële belastingbepalingen Gemeentewet
    artikel: XV, XVII

  3. Regeling kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken
    bijlage: II

  4. Wet algemene regels herindeling
    artikel: 32

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(01-01-2022)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

wijziging

14-03-2020

Stb. 2020, 112

35133

Alg. 1

wijziging

12-02-2020

Stb. 2020, 172

34986

01-07-2021

wijziging

01-07-2020

Stb. 2020, 262

35218

01-04-2021

Stb. 2021, 176

01-07-2008

wijziging

22-05-2008

Stb. 2008, 180

30938

16-06-2008

Stb. 2008, 227

01-01-1995

nieuw

27-04-1994
samen met
27-04-1994

Stb. 1994, 419
samen met
Stb. 1994, 420

23217
samen met
23217

27-04-1994

Stb. 1994, 420

01-01-1995

vervallen

27-04-1994
samen met
27-04-1994

Stb. 1994, 419
samen met
Stb. 1994, 420

23217
samen met
23217

27-04-1994

Stb. 1994, 420

vervallen

27-04-1994

Stb. 1994, 420

23217

27-04-1994

Stb. 1994, 420

wijziging

27-04-1994

Stb. 1994, 420

23217

27-04-1994

Stb. 1994, 420

01-01-1994

nieuwe-regeling

14-02-1992

Stb. 1992, 96

19403

11-11-1993

Stb. 1993, 610

Opmerkingen

  • 1) Abusievelijk is een wijziging geformuleerd die niet kan worden doorgevoerd.